In dit project is middels deskresearch, enquêtes en interviews bestudeerd op welke wijze gemeenten sociale voorwaarden (kunnen) toepassen in hun aanbestedingen. In Nederlands gemeenten blijkt de toepassing van ‘social return beleid’ inmiddels redelijk wijd verbreid. Meestal betekent dit dat van een opdrachtnemer verlangd wordt dat hij een bepaalde percentage van de aanneemsom (meestal 5%, soms 2%) moet besteden aan zogenaamde ‘social return’. We blijken in Nederland redelijk strikt in de uitleg van ‘social return’. In Schotland, waar een lange traditie is met sociaal ondernemerschap, zijn ‘community benefits clauses’ in aanbestedingen opgenomen. Daar zien we dat ook bijvoorbeeld bijdragen aan het welzijn in de wijk, of het stimuleren van de gezondheid van ouderen mogen meetellen.
Verder is een uitkomst van het project dat gemeenten slechts een fractie gebruiken van alle juridische mogelijkheden die er zijn voor het stellen van sociale voorwaarden in aanbestedingen. Op basis hiervan zijn aanbevelingen gedaan voor het vergroten van social impact met gemeentelijke aanbestedingen.
Doelstelling van dit project is om Nederlandse sociale MKB-bedrijven te helpen bij het verkrijgen van (meer/betere) opdrachten in aanbestedingstrajecten, juist op basis van de social impact die deze bedrijven maken (impact op de samenleving, bijvoorbeeld door de arbeidsparticipatie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt te stimuleren). Tegelijkertijd beogen we aanbestedende diensten te helpen social impact beter mee te nemen als positieve factor in aanbestedingen. We gaan een vergelijking maken tussen Nederland en België, waar een aparte rechtsvorm voor sociale ondernemingen bestaat (i.t.t. in NL), en dezelfde Europese aanbestedingsrichtlijn geldt.
We willen vooral meer inzicht krijgen in de manier waarop sociale ondernemingen in beide landen hun social impact gebruiken om (meer/betere) opdrachten te krijgen; en de manier waarop aanbestedende diensten in beide landen social impact in opdrachtverstrekking en voorkeursbeleid voor sociale ondernemingen verwerken.
Naast dossieronderzoek gaan we interviews houden met sociale ondernemingen, aanbestedende diensten en adviesbureaus op het terrein van aanbesteden en social impact. Bij de uitvoering van het onderzoek worden studenten van de opleidingen HBO Rechten en SJD ingezet, in het kader van de minor Bedrijfsjurist en afstuderen. De opgedane kennis wordt o.a. ingebracht bij de (door)ontwikkeling van de Innovatiewerkplaats ‘Krachtig MKB’.
Deze postdoc aanvraag wordt ingediend vanuit het Marian van Os Centrum voor Ondernemerschap (MvOCvO) van de Hanzehogeschool Groningen (HG) en sluit aan bij eerder onderzoek van dit centrum. Ondernemerschap is één van de drie speerpunten van de HG. Sociaal Ondernemerschap is als thema in de Roadmap en de onderzoeksvisie van het MvOCvO opgenomen; het sluit aan bij de HBO-onderzoeksagenda Onderzoek met impact en bovendien draagt het bij aan de belangrijkste doelstellingen van de Noordelijke Innovatie Agenda. Van de 14 lectoraten binnen het MvOCvO zijn er zes direct betrokken bij het thema sociaal ondernemerschap, als mede-penvoerder van een projectaanvraag, of als kennispartner.