De twee onderzoeksvragen die de basis waren voor dit onderzoek zijn: Kunnen opleiders in het beroepsonderwijs 'negotiation of meaning' van studenten stimuleren door 'contingent modelling' en is deze stimulering positief gerelateerd aan de ontwikkeling van de persoonlijke theorieën van mbo-studenten? Deze vragen werden onderzocht door middel van een quasi-experimenteel onderzoek bestaande uit drie componenten: een lessenserie, een voor- en nameting en het onderscheid tussen een 'contingent modelling' conditie en een studentconditie. De onderzoekers concluderen uit de resultaten dat persoonlijke werktheorieën stabiel zijn en dus moeilijk te stimuleren.